In het Bouwbesluit zijn de Eurocodes (NEN-EN 1990 serie) met nationale bijlagen aangewezen voor de toetsing van de constructieve veiligheid.

Hoofdstuk 2 van NEN-EN 1990 bevat de normatieve eisen waaraan constructies moeten voldoen. Paragraaf 2.1 bevat de fundamentele eisen. Naast de eisen waaraan de constructie moet voldoen, beschrijft art. 2.1(7) expliciet dat ervan wordt uitgegaan dat:

  • “… gepaste vakbekwaamheid en zorgvuldigheid passend bij de omstandigheden zijn aangewend bij het ontwerp en de berekening, gebaseerd op die kennis en goed vakmanschap zoals die algemeen ter beschikking staan op het moment dat het ontwerp en de berekening van de constructie wordt uitgevoerd”.

Paragraaf 2.2 betreft de regeling van de (constructieve) betrouwbaarheid van bouwwerken. Volgens art. 2.2(1) moet de vereiste betrouwbaarheid zijn verkregen door:

  • het ontwerp en de berekening in overeenstemming te brengen met de NEN-EN 1990 serie;
  • bekwame uitvoering en maatregelen wat betreft het kwaliteitsbeheer.

Art. 2.5(1) schrijft voor dat de maatregelen voor de regeling van de kwaliteit de volgende elementen behoren te omvatten:

  • vaststelling van de betrouwbaarheidseisen;
  • organisatorische maatregelen;
  • controles tijdens de stadia van het ontwerp, de berekening, de uitvoering, het gebruik en het onderhoud.

In bijlage B van NEN-EN 1990 is de normtekst verder uitgewerkt. Via de nationale bijlage is een deel van deze informatieve bijlage normatief verklaard voor Nederland. Bijlage B betreft de betrouwbaarheidsdifferentiatie in:

  • gevolgklassen (Consequence Classes) CC3, CC2 en CC1 (normatief);
  • betrouwbaarheidsklassen RC3, RC2 en RC1 (deze vallen samen met CC3, CC2 en CC1, normatief);
  • niveaus van supervisie van ontwerp en berekening DSL3, DSL2 en DSL1 (informatief);
  • niveaus van inspectie tijdens de uitvoering IL3, IL2 en IL1 (informatief).

Het navolgend schema bevat de indeling in gevolgklassen uit de NEN-EN 1990.  Het gaat daarbij  om de gevolgen van bezwijken van een constructie.

 

Gevolgklasse
CC *
Omschrijving Voorbeelden van toepassingen
CC3 Grote gevolgen ten aanzien van het verlies van mensenlevens (enkele tientallen), en/of zeer grote economische of sociale gevolgen of gevolgen voor de omgeving. Hoogbouw (h>70m)
Tribunes
Tentoonstellingsruimten
Concertzalen
Grote openbare gebouwen
CC2 Middelmatige gevolgen ten aanzien van het verlies van mensenlevens, en/of aanzienlijke economische of sociale gevolgen of gevolgen voor de omgeving. Woongebouwen
Kantoorgebouwen
Openbare gebouwen
Industriegebouwen (3 of meer verdiepingen)
CC1 Geringe gevolgen ten aanzien van het verlies van mensenlevens, en/of kleine of verwaarloosbare economische of sociale gevolgen of gevolgen voor de omgeving. Landbouwbedrijfsgebouwen
Tuinbouwkassen
Standaard eengezinswoningen
Industriegebouwen (1 of 2 verdiepingen)

NOOT: Net als de Eurocodes kent ook de Wet kwaliteitsborging een indeling van bouwwerken in Gevolgklassen 1, 2 en 3. Hoewel er grote inhoudelijke overlappen zijn, verschillen de definities van Gevolgklassen (Consequence Classes) in de norm van die in de wet. Zie ook “Borging van constructieve veiligheid onder de Wkb”.