Voorwoord
Veiligheid is een thema dat ons allen raakt. Of het nu gaat over een veilig gevoel op straat of de
veiligheid in het verkeer: het is een eerste voorwaarde voor ons welzijn. Dat geldt uiteraard ook voor
veilig wonen, werken en recreëren. De gebouwen en constructies die daarvoor nodig zijn moeten veilig
zijn.
Helaas worden we af en toe opgeschrikt door incidenten met onveilige constructies. Reden voor de
Onderzoeksraad voor Veiligheid om vorig jaar daarnaar een onderzoek in te stellen. In haar rapport van
medio oktober dit jaar, “Bouwen aan Constructieve Veiligheid” worden behartenswaardige
aanbevelingen gedaan. Partijen moeten werken aan een sfeer waarin (constructieve) veiligheid serieus
genomen wordt. Kortom, neem je maatschappelijke verantwoordelijkheid.
Een van de belangrijkste aspecten is het transparant maken van de taken en verantwoordelijkheden.
Ook ik wil in mijn beleid de eigen verantwoordelijkheid van betrokken partijen in de bouw benadrukken.
Burgers moeten er immers op kunnen vertrouwen dat we in onze hoogontwikkelde samenleving veilige
gebouwen, woningen en stations realiseren. Met de Wet kwaliteitsborging wil ik daar een bijdrage aan
leveren. Op de bouwplaats heb ik een veiligheidsregisseur verplicht gesteld.
De bouw maakt de laatste jaren een sterke ontwikkeling door. Het aantal bouwprojecten zit gelukkig
genoeg al een aantal jaren in de lift. En door de grote vraag naar woningen en de verduurzaming van de
woningvoorraad zal de bouwopgave de komende jaren nog verder toenemen. Vanwege de krapte op de
arbeidsmarkt zal er daarom ook slimmer en efficiënter met de bestaande mogelijkheden moeten
worden omgesprongen. Een proactieve houding maakt het mogelijk in te spelen op potentiële
problemen.
Dat 18 partijen uit de bouw juist op dit moment het initiatief hebben genomen de stand van de techniek
voor Constructieve Veiligheid, zonder enige belemmering openbaar ter beschikking te stellen op het
Kennisportaal Constructieve Veiligheid is een compliment waard. Ik ben daar verheugd over en wens dat
daardoor een wending ten goede wordt ingezet.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
drs. Kajsa Ollongren